De meest extreme wandelroute in Spanje, alleen geschikt voor de dappersten: tussen duizelingwekkende kliffen en hangende loopbruggen

Deze enclave, gelegen tussen kliffen van meer dan 500 meter hoog en wandelpaden die in de leegte zweven, heeft zich ontwikkeld tot een van de meest extreme wandelroutes van Spanje.

De Mont-Rebei-route is uitgegroeid tot een van de meest gewilde routes voor avonturiers en trekt diegenen aan die de natuur van dichtbij willen ervaren en tegelijkertijd hun hoogtevrees willen trotseren. De verticale wanden en zwevende passages hebben het tot een onvergetelijke ervaring gemaakt voor wandelaars uit het hele land. Een route die nationale bekendheid heeft verworven als een van de meest extreme en spectaculaire routes van Spanje. Dit is niet zomaar een bergpad, maar een kloof die het Montsec-gebergte tussen Huesca en Lleida in tweeën snijdt. De Congost de Mont-rebei, gevormd door de rivier de Noguera Ribagorzana, biedt een spectaculaire route waarbij bezoekers langs smalle richels in de rotsen lopen en hangbruggen oversteken die beide kanten met elkaar verbinden. Je hebt constant het gevoel dat je aan de rand van een afgrond loopt.

Een unieke kloof in de Prepyreneeën
De kloof wordt beschouwd als een van de natuurlijke pareltjes van de Prepyreneeën. De wanden, die in sommige delen tot wel 500 meter hoog zijn, laten nauwelijks twintig meter ruimte over en creëren een adembenemende omgeving met turquoise water, kliffen en stilte. Het natuurreservaat, beheerd door de Catalaanse stichting La Pedrera, beschermt bijna 600 hectare van dit gebied, waar roofvogels, otters en bedreigde rotsplanten leven. Een plek die respect en bezinning uitnodigt, waar de grandeur van het landschap overheerst met zijn ongerepte schoonheid. Het stuwmeer van Canelles, aangelegd in 1960, transformeerde een deel van het landschap en overstroomde oude paden. Om de toegang te behouden, werd in 1982 een pad in de rotsen aan de Catalaanse kant geopend, waardoor men nu veilig langs de muur kan lopen dankzij stalen leuningen. Sindsdien is dit gedeelte uitgegroeid tot een van de meest gefotografeerde paden door degenen die het aandurven. Een pad dat in de loop der jaren is geëvolueerd van een praktische oplossing tot een toeristische attractie van topklasse.

Voetgangersbruggen en hangbruggen
De Aragonese kant biedt nog een andere belangrijke attractie: de Montfalcó-loopbruggen. Deze werden in 2013 geopend na jarenlange studies om de habitat van de rotsanjer niet te beschadigen. Ze slingeren zich verticaal over de kliffen en bieden een adembenemend uitzicht over de vallei. De 35 meter lange Siegué-hangbrug markeert de grens tussen Aragon en Catalonië en is een van de symbolen van deze route. De route kan starten vanaf de parkeerplaats La Masieta in Sant Esteve de la Sarga (als je online boekt, betaal je slechts 8 euro en ben je verzekerd van een plek), of vanuit het onbewoonde dorp Montfalcó in de provincie Huesca. In beide gevallen vereist de route een goede conditie en wandelschoenen, evenals voldoende water in de zomer. De heen- en terugreis duurt naar schatting ongeveer vijf uur.

Een uitdaging voor liefhebbers van hoogtevrees
Wandelen tussen muren die de bezoeker lijken te omsluiten en voortbewegen over houten loopbruggen die in de leegte hangen, is niet voor iedereen weggelegd. Wie echter besluit de Congost de Mont-rebei-route te nemen, ontdekt een ongerept landschap, waar spanning en sensatie samensmelten met de natuurlijke schoonheid van een van de meest extreme enclaves van het Iberisch Schiereiland. Een ervaring die adrenaline en verwondering combineert, waarbij elk stuk van de route aanvoelt als een beloning voor moed.

Interessante feiten
Ligging: Tussen Huesca (Aragon) en Lleida (Catalonië), in het Montsec-gebergte.
Hoofdingangen:
La Masieta (Sant Esteve de la Sarga, Lleida). Betaald parkeren met beperkt aantal plaatsen. Online reserveren aanbevolen.
Montfalcó (Viacamp, Huesca). Toegang via gedeeltelijk verharde bosweg.
Geschatte lengte: tussen 8 en 14 km (afhankelijk van de gekozen route en of de route heen en terug is).
Gemiddelde duur: Tussen 4 en 5 uur, afhankelijk van het tempo en de stops.
Moeilijkheidsgraad: Gemiddeld. Er zijn delen die blootliggen aan de holte en er zijn zwevende loopbruggen.
Hoogte van de kliffen: Op sommige plaatsen tot wel 500 meter.
Aanbevolen uitrusting: wandelschoenen, 1,5 liter water per persoon, een pet en zonnebrandcrème in de zomer.

Tips:
Vermijd deze route met kleine kinderen vanwege de blootstelling aan de randen.
Controleer de beschikbaarheid van parkeergelegenheid voordat je vertrekt.
Respecteer de flora en fauna, laat geen afval achter en verlaat het pad niet.
In de zomer kun je de route het beste vroeg starten om de heetste uren te vermijden.

BRON: Elconfidencial – Hoofdfoto: (De meest extreme wandelroute) Santim 2013.